Van Schaik C.S. / Algemeen / Beslagrecht aangepast.

Beslagrecht aangepast.

Belangrijke wijzigingen in het beslagrecht per 1 april 2021

Inleiding.

Aan vonnissen en beschikkingen moet voldaan worden. Als de veroordeelde dit niet vrijwillig doet, moet de deurwaarder het vonnis executeren. Die executie geschiedt in de regel door beslaglegging. Dit kan zijn beslag op salaris of uitkering, beslag op een bankrekening, beslag op roerende zaken of beslag op onroerende zaken.

De afgelopen maanden is het beslagrecht gemoderniseerd. Enerzijds is een aantal formaliteiten opgeheven, anderzijds is de bescherming voor de beslagene vergroot.

Hoofddoelen.

De nieuwe wetgeving heeft drie hoofddoelen. Het eerste hoofddoel is, dat het bestaansminimum van de schuldenaren gewaarborgd wordt bij beslag en executie. Dit betekent dat ook na een beslag niemand onder het bestaansminimum mag komen. Deze regeling is uitgewerkt zowel voor het beslag op het loon en de uitkering als voor bankbeslag.

Het tweede doel van de herziening van het beslagrecht is het beslag effectiever te maken. Tot nog toe was met name voor beslag op roerende zaken een vrij ingewikkelde veilingprocedure voorgeschreven, waarbij advertenties geplaatst moesten worden, het beslag op de woning moest worden aangeplakt, en aan diverse andere formaliteiten moest worden voldaan. Onder het nieuwe beslagrecht mag een executieveiling gepubliceerd worden op internet. Dit brengt minder kosten met zich mee en heeft als positief bijeffect dat veel meer mensen van het bestaan van de veiling kennis kunnen nemen en de opbrengst dus hoger kan worden. Een hogere opbrengst is zowel in het belang van de schuldenaar als van de schuldeiser. Verder is de executoriale verkoop van auto’s, aanhangwagens en motorfietsen vereenvoudigd.

De derde wijziging is het beperken van het beslagdoel. Beslag mag nu uitsluitend nog worden gebruikt tot verhaal van een bestaande vordering, en niet meer worden ingezet als pressiemiddel. Dat wil zeggen dat deurwaarders zich van het leggen van beslag moeten onthouden als van tevoren vaststaat dat een dergelijk beslag zinloos is.

Beslagvrije voet.

Niet alleen in het geval van loonbeslag en beslag op periodieke uitkeringen, maar ook bij bankbeslag zal in het vervolg een berekening voor de beslagvrije voet gemaakt moeten worden. Voor loon- en uitkeringsbeslag was dit altijd al het geval. Schuldeisers en deurwaarders omzeilden dit veelal door rond de betalingsdatum van loon of uitkering bankbeslag te leggen. Hierdoor werd de uitkering formeel niet geraakt, maar viel wel het hele bedrag van het loon of de uitkering de facto onder het beslag, omdat voor bankrekeningen de beslagvrije voet niet gold.

Thans heeft de wetgever bepaald dat ook voor beslag op bankrekeningen een beslagvrije voet geldt.

De Koninklijke Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders heeft op internet een goede rekentool geplaatst om de beslagvrije voet uit te rekenen.

Beslag op roerende zaken.

De oude regeling voor beslag op roerende zaken was op een aantal punten nodeloos ingewikkeld. Ten eerste was er een verouderde lijst van goederen waar geen beslag op gelegd mocht worden. Thans is er een beslagverbod op de inboedel van particulieren voor zover deze niet bovenmatig is.

Dit betekent o.a. dat er geen beslag meer gelegd kan worden op zaken als gewone televisies, radio’s, wasmachines, schrijfmachines en andere zaken die in een gemiddeld huishouden aanwezig zijn.

Kostbare antieke inboedels vallen uiteraard niet onder het begrip niet bovenmatige inboedel.

Tevens is bepaald dat er geen beslag meer gelegd mag worden als van tevoren duidelijk is dat de kosten van het beslag meer zijn dan de opbrengst, zodat het beslag uitsluitend kosten verhogend is.

Een andere wijziging is dat de executieveiling van roerende zaken niet alleen online mag worden aangekondigd, hetgeen een kostenbesparing is, maar onder bepaalde voorwaarden ook online mag plaatsvinden, zodat er een veel groter kopers potentieel is en de kans op een goede opbrengst groter wordt. Invoering hiervan vindt geleidelijk plaats zodra de veiligingsite van de deurwaarders aan de wettelijke eisen zal voldoen.

Wellicht de belangrijkste wijziging is de manier waarop er beslag kan worden gelegd op auto’s, motoren, en op kenteken gestelde aanhangwagens. Dit zijn geen onroerende zaken. Het zijn gewoon roerende zaken, het zijn ook geen registergoederen, maar ze zijn wel in een register, namelijk het kentekenregister, opgenomen. Vanaf 1 april is het mogelijk beslag op deze goederen te leggen zonder dat de deurwaarder ze hoeft aan te treffen. De deurwaarder kan het beslag leggen door middel van een proces-verbaal en dit proces-verbaal laten inschrijven in het register van de Rijksdienst Wegverkeer. Het gevolg hiervan is dat de deurwaarder het voertuig niet meer feitelijk hoeft weg te halen. Verder kan na inschrijving van het beslag het voertuig niet meer worden overgeschreven. Dit is een belangrijke verbetering van het beslagrecht op roerende zaken.

Tenslotte verandert de procedure voor executiegeschillen. Als er een geschil ontstaat over een door de kantonrechter gewezen vonnis, is de kantonrechter de bevoegde rechter en niet langer de civiele afdeling van de rechtbank. Dit kan voor met name de schuldenaren tot een behoorlijke kostenbesparing leiden, omdat zij geen advocaat meer in hoeven te schakelen.

Hebt u vragen of opmerkingen over het nieuwe beslagrecht, neem gerust contact met ons kantoor op.

Top